Vorig jaar vroeg APN om een verruiming voor de uitstoot van benzeen. Dat ging uiteindelijk niet door. Deze zomer bleek dat emissienormen grof werden overschreden. Hoe zit dat?
Hier lopen twee belangrijke discussies door elkaar heen, over ‘benzeen’ en over ‘PAKs’.
1. Benzeen:
APN vroeg eind 2019 om een tijdelijke verruiming voor de emissienormen voor benzeen, omdat de sector ...
... de productie van gerecycled asfalt nog niet goed onder de knie heeft. Door over een beperkte tijd experimenten te kunnen uitvoeren zou APN kunnen werken aan een schoner productieproces, zo was de stelling. Eind 2020 concludeerde de asfaltcentrale dat de verhoging niet meer nodig was en werd het verzoek ingetrokken. Bij metingen tijdens productie die daarna zijn uitgevoerd bleek ook dat de concentratie benzeen binnen de gewone (niet opgehoogde) norm bleef.
2. PAK’s:
Terwijl de uitstoot van benzeen dus gewoon binnen de normen bleef, werd afgelopen juni wel maar liefst 17x de toegestane concentratie van PAK’s (polycyclische aromatische koolwaterstof) gemeten bij APN. Het ging met name om de PAK naftaleen. Over de negatieve gezondheidseffecten van naftaleen is men iets minder stellig dan bij benzeen, maar ook rond naftaleen is er voldoende aanleiding om te streven naar een minimale blootstelling. Dat zijn we zelfs verplicht, omdat naftaleen net als benzeen een zeer zorgwekkende stof (ZZS) is. Daar komt bij dat geuroverlast die mensen ondervinden, of dit door naftaleen komt of door andere stoffen, heel hinderlijk is. Ook kan uitstoot bij sommige mensen leiden tot geprikkelde luchtwegen. Ook deze vorm van overlast nemen we zeer serieus. Wel kan het waardevol zijn te vermelden dat de GGD hierover stelt dat de concentraties PAK/naftaleen waar omwonenden aan zijn blootgesteld niet zal leiden tot kanker of andere ernstige ziektes.