Vanavond staat - naast de begroting 2011-2014 - het plan voor de ombuigingen van de gesubsidieerde arbeid op de agenda. Het plan is hard nodig, maar de coalitiepartijen lieten er geen twijfel over bestaan dat het met heel veel zorgvuldigheid moet worden doorgevoerd, om de huidige subsidiewerkers naar een betere baan te begeleiden. Hieronder de bijdrage die Noël Vergunst er in eerste termijn over hield. Vergunst: "GroenLinks wil dan de middelen zoeken om de meest kwetsbaren te beschermen."
Minimabeleid
Tot genoegen van GroenLinks wordt het minimabeleid zo goed als overeind gehouden. Maar ook hier zijn de structurele tekorten die de komende jaren ontstaan nog niet opgelost. Samen met de PvdA dienen we nu een voorstel in om de langdurigheidstoeslag al na drie jaar toe te kennen in plaats van de huidige vijf jaar, en om geld beschikbaar te houden voor chronisch zieken en de belangenbehartiging WAO Nijmegen (BWN).
Gesubsidieerde arbeid
De afgelopen weken hebben we veel reacties gehad op de hervormingsplannen van de gesubsidieerde arbeid. Ook de inspraakronde vorige week heeft grote indruk gemaakt op onze fractie. Het maakt de noodzaak duidelijk om dit proces zorgvuldig in te zetten en goed oog te houden voor de gevolgen voor betrokkenen en de activiteiten die nu georganiseerd worden.
Jarenlang hebben we met geld dat we overhielden van het re-integratiebudget gesubsidieerde banen betaald. Voor veel mensen was dit een uitstekende manier om een bijdrage te leveren aan de samenleving. Wij hadden en hebben grote waardering hiervoor. Daarom hebben we zolang deze banen in stand gehouden en vinden we het nu zo pijnlijk om hier verandering in te brengen. Deze banen waren oorspronkelijk bedoeld om mensen te laten doorstromen naar een reguliere betaalde baan. De laatste jaren is hier geen werk van gemaakt. Laten we eerlijk zijn: we zaten in een patstelling en hebben de zaak op zijn beloop gelaten. Er is nauwelijks moeite gedaan om ervoor te zorgen dat instellingen mensen met een gesubsidieerde baan regulier in dienst zouden nemen. Nu het re-integratiebudget daalt van 40 miljoen naar 22,5 miljoen, ontkomen we er niet meer aan om te proberen zowel werkgevers als werknemers in beweging te krijgen. Allereerst moeten instellingen die het kunnen, meer meebetalen. Mensen moeten zoveel mogelijk in dienst genomen worden. Ook is het van belang dat de portefeuillehouders in hun eigen programma kijken wat er mogelijk is om banen te witten. We denken hierbij onder andere aan de kinderopvang, peuterspeelzalen, sportclubs en welzijnsorganisaties. Ten tweede moeten mensen met voldoende kansen op de arbeidsmarkt ondersteund worden om de stap naar een reguliere betaalde baan te maken. Ten derde zijn er mensen die met vervroegd pensioen kunnen gaan.
We stellen randvoorwaarden hoe we omgaan met de overige mensen. Eerst wil ik echter twee misverstanden aankaarten. Het is niet zo dat we alle gesubsidieerde banen in één keer schrappen: de gemeente gaat in overleg met instellingen en betrokkenen en komt op basis daarvan met rapportages naar de raad. Pas daarna wordt de loonkostensubsidie stapsgewijs afgebouwd. En als gemeente halen we geen geld weg bij werk en inkomen om te besteden aan andere doelen. De middelen voor Werk & Inkomen nemen af en als gemeente voegen we geld toe om de tekorten te verminderen. Dit jaar en volgend jaar samen halen we 8 miljoen euro uit de reserve en vanaf 2011 komt daar nog eens 3 miljoen euro per jaar bovenop.
De fractie van GroenLinks vraagt het college om zorgvuldigheid, zoals we hebben afgesproken in het coalitieakoord. We begeleiden mensen van werk naar werk en we houden rekening met de nadelige gevolgen voor de activiteiten en maatschappelijke functie van instellingen. Middels een amendement vragen we aan het college om voor de volgende perspectiefnota te komen met een overzicht van de gevolgen voor de instellingen en een voorstel om dit op te lossen vanuit de begroting, zodat we hier als raad een besluit over kunnen nemen.
Bij de uitvoering van het ombuigingsplan moeten we ook voldoende oog blijven houden voor de meest kwetsbare groepen. Hiervoor is ook in de toekomst nog een kwart van de huidige plaatsen beschikbaar. We vragen aan het college om voor de zomer met een rapportage te komen met daarin de tot zover bekende gevolgen voor de betrokkenen. Op basis hiervan kunnen we als raad het vervolgtraject nog bijsturen indien we dat nodig vinden, bijvoorbeeld als de groep groter is dan we nu denken. GroenLinks wil dan de middelen zoeken om de meest kwetsbaren te beschermen. Zoals nu ook al in de begroting staat, kan dit betekenen dat we andere afwegingen maken binnen de totale begroting. Hierbij betrekken we alle programma's en de lokale lasten.
Tot slot vinden we het van belang dat mensen voldoende juridisch ondersteund worden als dat nodig is.
We hebben vertrouwen in het college en in het bijzonder de wethouder werk en inkomen om van dit moeilijke proces een succes te maken.