Nijmegen is in 2045 een stad die in zijn eigen energiebehoefte voorziet. Dat is het streven van het college, verwoord in de Duurzaamheidsagenda 2011-2015. De Duurzaamheidsagenda vormt de basis voor de verdere uitwerking van het stedelijke duurzaamheidsbeleid. Energiebesparing en duurzame energie zijn de leidraad en iedereen in de stad kan meewerken aan de lange termijn energievisie. Inzetten op duurzaamheid is tegelijk een belangrijke kans voor economische groei.
Het klimaatbeleid dat de gemeente sinds 2008 uitvoert is op korte termijn effectief. Dat blijkt uit een in 2010 door Royal Haskoning uitgevoerde ‘Quick Scan’ naar het gemeentelijk klimaat- en energiebeleid. Nijmegen zet in het beleid in op drie procent energiebesparing per jaar. Voorbeelden van projecten die hiervoor zijn opgestart zijn het Nijmeegs Energieconvenant, de Raamovereenkomst energiebesparing met woningcorporaties, energiescans en handhaving bij MKB bedrijven en projecten als Hatert Zonnekrachtwijk. En verder zijn er diverse stimuleringsmaatregelen voor energiebesparing aangeboden aan particulieren en is het duurzaam punt Het Groene Hert geopend waar Nijmegenaren terecht kunnen voor advies hierover.
Om op lange termijn als stad volledig duurzaam te kunnen zijn en onafhankelijk van fossiele brandstoffen is echter nog meer nodig dan alleen korte termijn maatregelen. Een transitie naar een duurzame stad vraagt ingrepen op meerdere fronten. Het college van B&W wil dan ook de komende jaren duurzaamheid verankeren in het gemeentelijke beleid over de volle breedte.
Dat betekent dat we werken aan:
1. een energieneutrale stad; inzetten op energiebesparing en duurzame energiebronnen als zon, wind en groengas;
2. een klimaatneutrale organisatie; duurzaam inkopen, volledig wagenpark op groengas;
3. een duurzame economie; stimuleren van innovatie op het gebied van duurzame energie; creeren van groene werkgelegenheid;
4. duurzame mobiliteit; schone brandstoffen, investeren in fiets, OV en de tram;
5. duurzame stedelijke ontwikkeling; duurzaam bouwen, klimaatbestendige wijken, werken aan compacte verdstedelijking.
Het college wil deze sporen verder uitwerken in samenwerking met andere overheden, onderwijs- en onderzoeksinstellingen, ondernemers en natuurlijk ook burgers.
De gemeente wil een lange termijn energievisie voor de stad, die ‘open source’ is. Dit houdt in dat de hele stad hieraan straks kan meedenken en meewerken.