Op de site van de gemeente heeft wethouder Bert Frings vandaag onderstaande blog gepubliceerd:

Iedereen kent wel dat peuterspeelgoed waarbij je blokjes, rondjes en driehoekjes in de juiste gaten moet stoppen. Handige peuters ontdekken dat je ook een rond voorwerp in het vierkante gat kwijt kunt. Goed, het werkt, maar is het de juiste oplossing?

Hetzelfde speelt bij de WMO. Er zijn steeds meer mensen die we moeten ondersteunen. Ons doel is hen te helpen bij het meedoen in de maatschappij en het daarbij zo lang mogelijk zelfstandig blijven. Daarvoor hebben we een lijst met standaardoplossingen bedacht. We stoppen mensen in een hokje en daar stoppen we dan een rondje in.

Zo kun je iemand die moeilijk kan lopen helpen met een scootmobiel of een WMO-taxi. Maar als zijn moeder te ver weg woont voor de accu van de scootmobiel en hij er met de taxi langs alle tussenadressen te lang over doet, dan bied je wel een voorziening maar geen oplossing. Misschien kon deze meneer wel met een 2e hands scootertje worden geholpen. Die kan zelfs goedkoper zijn dan een scootmobiel. Maar het kan niet.

Het probleem zit hem in de regels. Regels regelen rechten. Net als bij een verzekering: heb je schade? Dan krijg je een uitkering. Bij de invoering van de WMO is dat verzekerde recht afgeschaft. Je hebt recht op een oplossing. Natuurlijk wilden gemeenten het goed regelen, maar juist door het “dicht” te regelen, maakten ze dat er ze geen maatwerk meer konden leveren.

Ik wil dat mensen de oplossingen voorschrijven, niet de regels. Minder regels, meer samenwerken. Per geval moeten we bekijken wat mensen zelf nog regelen en waar we bij moeten springen met een netwerk of met voorzieningen. Het kan hierdoor straks voorkomen dat iemand aan de ene kant van de straat méér van de gemeente krijgt dan iemand aan de overkant. Omdat hij bijvoorbeeld minder kan terugvallen op familie. Is dat ongelijk? Ja. Maar is dat oneerlijk? Nee.

Vorige week presenteerde ik dit idee in het plan voor de WMO op een inspraakavond. De belangstelling was enorm en de meesten waren enthousiast. Maar er klonk ook bezorgdheid dat hun professionele ondersteuning zou worden vervangen wordt door vrijwilligers. En dat er pas een professional komt als de vrijwilligers tekort schieten. Ik heb mijn plan op dat punt nog helderder gemaakt. Er komt altijd een professional aan te pas. En die bepaalt wat de verstandigste mix is van professionele en vrijwillige hulp.

We gingen het toch beter regelen?